Voor de vroege vogels onder ons is de zonsopkomst hét moment om mooie plaatjes te schieten. Ben je meer een avondmens? Dan ben je in je element als de zon ondergaat. Met de volgende tips ga je zowel in de ochtend als avond goed voorbereid op pad.
1. Timing is key
Kijk vooraf hoe laat de zon opkomt of ondergaat. Zorg dat je minimaal een half uur van te voren op de locatie bent. Zo heb je genoeg tijd om de perfecte spot te vinden en een compositie te kiezen.
Ga je in de avond fotograferen? Pak dan gelijk het golden hour mee.
Tip:
• Fotografeer je bij water? Met een lange sluitertijd wordt het water een vaag geheel. Gegarandeerd een dromerig plaatje.
Foto door Paul Mango
2. Sluitertijd en statief
Bij zowel de zonsopkomst als -ondergang heb je te maken met weinig natuurlijk licht. Om te zorgen voor voldoende licht fotografeer je met lange sluitertijden. Helaas is uit de hand fotograferen dan wel wat lastiger. De kleinste beweging zorgt al voor onscherpe foto’s. Neem dus een statief mee tijdens je ochtend- of avondsessie.
Tip:
• Zet je beeldstabilisatie uit wanneer je met een statief fotografeert. Anders is de kans groot dat je alsnog onscherpe foto’s krijgt.
• Maak gebruik van een afstandsbediening of stel de zelfontspanner in op twee seconden om cameratrillingen en wazige foto’s te voorkomen. Dit kan ook met behulp van onze gratis Panasonic Image app wanneer je Panasonic camera een Wi-Fi functie heeft.
3. Bracketing
Met de veelzijdige bracketing functie van je Panasonic camera kun je een reeks foto’s maken waarbij een bepaalde instelling zoals de belichting, witbalans, het focuspunt of diafragma steeds wat verandert. Zo kun je achteraf de verschillende foto’s samenvoegen om zo meer dynamiek te geven aan je foto.
4. De juiste witbalans
Weet je niet zo goed welke witbalans je moet instellen? Kies voor schaduw of bewolkt. Dit levert warmere kleuren op, dat vaak al matcht met de lucht.
Tip:
• Zorg dat je altijd in RAW formaat fotografeert. Zo kun je achteraf in een fotobewerkingsprogramma onder andere de witbalans nog aanpassen. In JPEG verliest je foto kwaliteit bij het bewerken.
Foto door Marco Crupi
5. Over- en onderbelichting
Fotograferen in automatische stand is erg zonde. Vooral met het mooie licht in de vroege of late uren van de dag. De camera kan namelijk moeite hebben met de belichting en de kans bestaat dat de foto’s in deze stand overbelicht raken. Je kunt het beeld onderbelichten (met het +/- teken) en in de nabewerking sommige delen van de foto nog wat lichter maken.
6. ISO en diafragma
Zet je ISO zo laag mogelijk voor een scherpe foto en om ruis te vermijden. Ook kan het helpen om het diafragma in de middelste stand te zetten. Het verschilt per lens, maar vaak is dit rond de F5,6 of F8.
7. Lensflare
Een lensflare krijg je wanneer direct licht op je objectief valt. Wanneer het subtiel aanwezig is kan het de foto een bijzondere sfeer geven. Wil je dit toch liever vermijden? Houdt de zon dan net buiten het kader en schaf een zonnekap aan.
Tip:
• Maak je lens eens goed schoon. Vuiligheid op je lens kan namelijk ook zorgen voor een lensflare.
Met deze tips gaat het vast lukken dat mooie moment vast te leggen. Ben jij team zonsopkomst of -ondergang?
Foto door Marco Crupi